Faking Hitler S01E01: geestige Duitse satire

Foto credits: RTL+

Sommige dingen zijn te mooi om waar te zijn. Zo publiceerde het Duitse weekblad Stern in 1983 passages uit wat volgens experts het dagboek van Adolf Hitler zou zijn. De führer omschreef daarin onder meer hoe hij Stalin een kopje kleiner had willen maken en dat hij het z’n vriendin Eva Braun verbood om een chowchow als huisdier te nemen. Het bleek echter – quelle surprise, denken we nu – allemaal quatsch, verzonnen door kunstenaar en beroepskwakzalver Konrad Kujau. Acteur Moritz Bleibtreu speelt deze eigenaardige verschijning in Faking Hitler : een satire over een gewiekste man die een narcistische journalist (Lars Eidinger speelt Gerd Heidemann) om de tuin wist te leiden.

In de openingsscène tonen showrunners Tobi Baumann en Wolfgang Groos hoe Heidemann in mei 1983 reageert als blijkt dat het dagboek vals is: op de snelweg rijdt hij tijdens een zelfmoordpoging moedwillig zijn auto in de prak. Eidinger speelt een man die altijd op zoek was naar sensatie, en verslag deed van de ene na de andere oorlog. Een rot in het vak dus, die toch in Kujau’s creatie geloofde. Bleibtreu maakt op overtuigende wijze duidelijk hoe Heidemann erin trapte: Kujau wordt opgevoerd als een gewiekste – en bij vlagen zeer geestige – vervalser die er alles aan deed om zijn cliënten, mensen uit de kunstwereld, een pootje te lichten.

Daarnaast draait Faking Hitler ook om de wijze waarop Duitsland omging met zijn verleden. In de jaren 80 werkten oud-nazi’s nog op prominente plekken. En een van de kunsthandelaren waar Kujau contact mee heeft, heeft zelfs zijn hele villa ingericht met naziparafernalia. De zesdelige reeks legt dan ook, zoals goede satire betaamt, een pijnlijke wond bloot: het Duitse verleden dat in de jaren 80 – en ook in het nu – nog flink doorgonst.