Of: hoe Christie alle andere krimi's voor me ruïneerde.
In mijn jeugd heb ik wel zo’n beetje alle krimi’s van Agatha Christie verslonden. Met de avonturen van Sherlock Holmes had ik altijd wat minder. Dat kan de leeftijd zijn geweest, maar misschien was het ook wel ergens dat Sherlock de superdetective op een voetstuk stond, waar wij, gewone stervelingen, alleen op gepaste afstand naar konden kijken.
Christie creëerde natuurlijk ook haar eigen superspeurders in oude vrijster Miss Marple en Hercule Poirot, de Belg met het eierhoofd en de geprononceerde snor, maar toch voelde het in haar moordmysteries altijd alsof je zelf als lezer ook de oplossing kon vinden, mocht je maar hard genoeg zoeken.
Ieder boek en ieder mysterie is vaak een hermetisch afgesloten puzzeldoosje: alle elementen en alle spelers bevinden zich in één afgesloten ruimte, met onder hen tenminste één dader. Met als bekendste voorbeelden het toneelstuk The Mousetrap , Murder on the Orient Express en het onlangs opnieuw verfilmde Death on the Nile (mijn advies: kijk die uit 1978).
Zelfs al zijn de opties beperkt, toch weet Christie als een ware illusionist de aandacht weg te houden van de werkelijke dader(s). Niet door ze in een hoekje weg te stoppen, in de hoop dat niemand op ze let, maar vaak juist door ze te verbergen in het volle zicht. Want de politieagent die iedereen waarschuwt dat er zich een moordenaar in de groep bevindt, die kan toch niet de dader zijn?
Het is een goocheltruc waar veel makers nog steeds dankbaar gebruik van maken, zoals bijvoorbeeld in de nieuwste Scream. De identiteit van de nieuwste Ghostface moet immers een bekende zijn van één van de eerste slachtoffers, Tara (Jenna Ortega) en Sam (Melissa Barrera). Dat zijn nu eenmaal de regels, zo legt voormalig detective Dewey (David Arquette) geduldig uit.
Mijn overdosis Agatha Christie heeft wel één nadeel: ik kan geen moordmysterie meer normaal kijken. Mijn brein schiet direct in Agatha Christie-modus, met als gevolg dat ik er bij series zoals The Killing en Broadchurch al vrij snel achter kwam wie de daders waren, ingevingen die ik vervolgens maar heel moeilijk (lees: niet) voor me kan houden.
Voor mij is het dan toch belangrijk dat een film of serie meer is dan alleen het moordmysterie. Dus dat je, ook als je al weet wie het gedaan heeft, er nog van kan genieten. Zoals bij Knives Out uit 2019 van Rian Johnson, op zichzelf al een ode aan Agatha Christie. Johnson geeft ons goochelkunsten van een hogere orde: er is het moordmysterie zoals verpleegster Marta (Ana de Armas) denkt dat het gegaan is, het mysterie zoals het zich daadwerkelijk voltrok, en de misleiding van de detective Benoit Blanc (Daniel Craig) zelf, die zich lang niet zo makkelijk laat bespelen als gedacht. Het maakt benieuwd naar Knives Out 2 , dat later dit jaar bij Netflix zal gaan verschijnen.
Toch blijft mijn favoriete moordmysterie eentje waarbij de moord eigenlijk het minst belangrijk is: Gosford Park van Robert Altman, een soort Moord op Downton Abbey (Julian Fellowes schreef het script). Oké, er valt een dode, en er zijn genoeg broodkruimels die leiden naar de dader. Maar dat is niet waarom je dit kostuumdrama, vol snobisme en intrige, vol hoop en hartzeer, keer op keer op keer kunt kijken.
Onze nieuwsbrief ontvangen? Iedere vrijdag de nieuwste series en films in je inbox! Meld je hier aan.